Deze insecten gedijen niet bij warme winters: Een onderzoek
De laatste jaren wordt er steeds meer gesproken over de klimaatverandering. In Nederland is dit vooral merkbaar door de toenemende temperaturen in de zomer. Dit betekent echter niet dat de winters minder koud worden. Een warme winter kan er juist voor zorgen dat sommige insectensoorten verdwijnen. Insectensoorten als de maanhaai en het bosuil houden namelijk van koude winters. Dit komt omdat ze dan minder last hebben van hun natuurlijke vijanden, zoals vogels en mensen. Een onderzoek van de Radboud Universiteit heeft uitgewezen dat de maanhaai in de afgelopen 20 jaar met 90% is afgenomen. Dit komt waarschijnlijk door de toenemende temperatuur in de winter.
1ekarten welke insecten voor problemen zorgen in de land- en tuinbouw
De land- en tuinbouw zijn afhankelijk van een goede balans tussen verschillende soorten insecten. Sommige soorten zijn schadelijk voor gewassen en sommige zijn juist hulpvaardig, bijvoorbeeld door bestuiving. Het is daarom belangrijk dat er voldoende verschillende soorten insecten in een gebied aanwezig zijn. Een warme winter kan ervoor zorgen dat er minder verschillende soorten insecten overleven. Dit kan problemen opleveren voor de land- en tuinbouw, omdat er dan minder natuurlijke bestuivers (zoals bijen) zijn en er meer schadelijke insecten zijn die gewassen aantasten. Om te kijken welke insecten er voor problemen kunnen zorgen in de land- en tuinbouw, is er onderzoek gedaan naar welke insecten gedijen bij warme winters. Uit dit onderzoek is gebleken dat vooral schadelijke insecten gedijen bij warme winters. Dit betekent dat er in gebieden met warme winters een verhoogde kans is op plagen en schade aan gewassen. Een van de insectensoorten die gedijt bij warme winters en schadelijk is voor de land- en tuinbouw, is de witte vlieg (Trialeurodes vaporariorum). De witte vlieg is een plaag voor diverse gewassen, zoals tomaat, aardbei en aubergine. De witte vlieg zuigt sap uit de planten, waardoor de planten minder goed groeien en kunnen uitdrogen. Er zijn verschillende soorten witte vliegen, die allemaal schadelijk kunnen zijn voor gewassen. Om de schade door de witte vlieg te beperken, is het belangrijk om de plagen zo snel mogelijk te bestrijden. Dit kan met behulp van insecticiden, maar het is belangrijk om dit zo gericht mogelijk te doen, zodat er zo min mogelijk schadelijke stoffen in het mil
2de factors die bepalend zijn voor het voorkomen van deze plaag
Een tweede factor die bepalend is voor het voorkomen van deze plaag, is het feit of er sprake is van een warme of koude winter. Insecten gedijen namelijk niet bij een temperatuur onder de 10 graden. Een koude winter is dus een belangrijke factor in het beperken van de plaag.
3r de plaagbestrijding alleen maar toeneemt
In de afgelopen jaren is het aantal insecten dat door de mens wordt beschouwd als plaag, toegenomen. Dit komt doordat deZoölogen verwachten dat het aantal plaaggevoelige insecten door de klimaatverandering verder zal toenemen. Dit is een probleem, omdat de bestrijding van deze plagen vaak moeilijk en duur is. Een van de belangrijkste redenen waarom de plaagbestrijding moeilijk is, is dat de plagen vaak weerstand ontwikkelen tegen de middelen die we gebruiken om ze te bestrijden. Dit is een groot probleem, omdat het betekent dat we steeds nieuwe en duurdere middelen moeten ontwikkelen om de plagen te bestrijden. Een andere reden waarom de plaagbestrijding moeilijk is, is dat de plagen soms moeilijk te vinden zijn. Dit is vooral het geval bij kleine plagen, die zich vaak in kleine ruimtes ophouden. Dit maakt het moeilijk om ze te bestrijden, omdat we ze niet altijd kunnen zien. Een laatste reden waarom de plaagbestrijding moeilijk is, is dat de plagen vaak in gebieden voorkomen waar ze moeilijk te bereiken zijn. Dit is het geval bij plagen in bomen of in gebieden met veel struiken. Dit maakt het moeilijk om de plagen met middelen te bereiken en ze te bestrijden.
4l de bekende plagen bij elkaar op een rij
Het klimaat verandert en de winters worden steeds warmer. Dit heeft ook consequenties voor de biodiversiteit. Een aantal insectensoorten gedijt namelijk niet bij warme winters. Dit kan op termijn leiden tot een verschuiving in het soortenaanbod en een toename van plaagsoorten. In dit artikel komen de vier bekendste plagen bij elkaar op een rij. De eerste plaag die we bespreken is de rups van de gyprocossus. Deze rups komt van nature voor in Noord-Amerika. Hij is een herbivoor en kan dus veel schade aanrichten in tuinen en boomgaarden. De rups komt over naar Europa via strandschade en wind. In warme winters kunnen deze rupsen massaal voorkomen. Het is dus belangrijk om ze snel te herkennen en te bestrijden. Een andere plaag is de bruine blotýrse. Deze plaag komt oorspronkelijk uit Azië en is een schadelijke keversoort voor fruitbomen. De bruine blotýrse legt haar larven in de schors van fruitbomen. De larven eten zich daarna door het vruchtvlees heen. Dit kan leiden tot zware schade aan de boom. De bruine blotýrse is een van de meest schadelijke plagen voor fruitbomen. De derde plaag op onze lijst is de grijze grijpvlieg. De grijze grijpvlieg is een vliegsoort die voorkomt in Europa en Noord-Amerika. De vlieg legt haar eitjes in de bloedvaatjes van mensen. De larven kunnen dan grote wonden veroorzaken. De grijze grijpvlieg is vooral een probleem in gebieden waar veel mensen wonen. Als laatste bespreken we de wespensiwa. De wespensiwa komt oorspronkelijk uit Oost-Azië, maar is inmiddels ook in Europa aanwezig. De wespensiwa is een sociale wesp die in grote nests voork
5keuze voor het bestrijden van de plaag
De plaag van de rupsen is een groot probleem in ons land. Rupsen eten namelijk massaal boomschors en bladeren van bomen en struiken, waardoor deze verstikken en uiteindelijk doodgaan. De plaag kan echter afgewend worden door Simulium vittatum te gebruiken. Dit is een soort insekt dat de rupsen parasitiseert en ze uiteindelijk doodt.
Volgens dit onderzoek zijn insecten in Nederland bedreigd door de opwarming van de aarde. De gemiddelde temperatuur in Nederland is de afgelopen 30 jaar met 0,5 graden Celsius gestegen, en de winters zijn steeds korter en warmer. Dit heeft ernstige gevolgen voor de Nederlandse insectenpopulatie, want sommige soorten kunnen niet tegen de warmte. Dit kan leiden tot een afname van de biodiversiteit, en daarmee ook tot problemen voor mensen en andere dieren.